tamme kastanje

FR: CHATAÎGNE
ENG: SWEET CHESTNUT
DUI: SÜSE KASTANIE

FAMILIE: NAPJESDRAGERSFAMILIE OF FAGACEAE 

EETBARE DELEN

Vrucht

BOTANISCHE BESCHRIJVING

De tamme kastanje werd vroeger waarschijnlijk meegebracht door de Romeinen, dat maakt het dus geen inheemse soort. 

Hoe herkennen?

  • Het blad is langwerpig en heeft een getande bladrand

  • Heel herkenbaar zijn de stekelige bolsters die de noot omhullen

  • De kastanje zelf loopt uit op een pluimpje. Zo weet je ook meteen het verschil met de paardenkastanje, die niet eetbaar is.

ALGEMENE BESCHRIJVING

Tamme kastanjebomen kwamen vroeger voornamelijk voor in de bergachtige gebieden rond de Middellandse zee. Al bij de oude Grieken en de Romeinen speelden ze een grote rol omwille van bepaalde medicinale eigenschappen. En het zouden ook de Romeinen zijn die deze boom naar onze streken brachten.

De tamme kastanjes hebben een hoge voedingswaarde; zijn rijk aan koolhydraten, vetten en proteïnen, afhankelijk waar de boom staat ook aan bepaalde mineralen én het is de enige noot die zoveel vitamine C bevat. Gedurende duizenden jaren waren deze vruchten een van de hoofdbestanddelen van het dieet in verschillende beschavingen. Vooral vanaf de 16de eeuw zijn er aanwijzingen dat grote bevolkingsgroepen zich voeden met tamme kastanjes, een volwassene at wel twee kilogram kastanjes per dag!

Ook bij ons zijn gepofte kastanjes tekenend voor de herfst. Het is misschien wel een van de meest gekende en gebruikte wilde eetbare bomen.

IN DE KEUKEN

Niets lekkerder dan gepofte kastanjes na een herfstwandeling. Kastanjes zijn makkelijk te poffen. Om de bittere smaak eruit te krijgen kan je ze eventueel een nachtje laten weken. Pof ze in de pan en kerf er op voorhand een kruis in. Daarna verwerk je ze in een wintersoep met pompoen bijvoorbeeld. Je kan er ook kastanjepuree van maken of ze gewoon gepoft uit het vuistje eten met wat zeezout.

Tamme kastanje, Castanea sativa

Het wildplukboek

Ben Brumagne was met zijn bedrijf Forest To Plate een van de eerste in de lage landen om wildplukken op de kaart te zetten en verdiepte zich heel grondig in de materie. Hij bundelt in dit boek niet alleen zijn plantenkennis, hij verrijkt het ook met prachtige verhalen en zijn eigen ervaringen.

Een ideaal boek voor wie wel eens wil proberen om uit de natuur te koken, maar ook voor doorwinterde wildplukkers.